Statuten

Statuten Landelijke Nederlandse Werkgroep Pijn NVN: NWP
Algemeen:
  1. De werkgroep draagt zorg voor het creëren en instant houden van een werkgroep die op stimulerende manier samenwerkt om tot onderstaande doelen te komen.
  2. De werkgroep zal functioneren als onderdeel van de NVN en als aanspreekpunt voor vergelijkbare buitenlandse organisaties.
  3. De werkgroep zal onafhankelijk functioneren van subsidieverstrekkende instanties, patiëntenverenigingen en farmaceutische industrie.
  4. De werkgroep zal de NVN gevraagd en ongevraagd van advies dienen op het gebied van pijn en de organisatie van pijnzorg.
  5. De werkgroep zal goede contacten onderhouden met de Dutch Pain society (de overkoepelende vereniging van patiëntenverenigingen en pijnbehandelaars) en in het bestuur van de DPS vertegenwoordigd blijven.
  6. De werkgroep zal zorg dragen voor publiciteit en voorlichting op het gebied van
    Pijn, in samenwerking met de DPS en andere beroepsverenigingen, volgens de geldende procedures binnen de NVN.

Doelen:
  1. Zorg: Verbetering van de kwaliteit van de organisatie van de zorg rond patiënten met pijn.
  2. Onderzoek: stimulatie van wetenschappelijk onderzoek op het gebied van neuropatische pijn.
  3. Onderwijs: Structureren en organiseren van onderwijs op het gebied van pijn.
  4. Externe relaties: Het aangaan en onderhouden van contacten met diverse medische
    en niet-medische partijen, de overheid en andere beroepsverenigingen actief op het gebied van pijn.
Ad 1: Zorg
  1. Nemen van initiatieven voor de ontwikkeling van richtlijnen voor diagnostiek en
    behandeling van patiënten met neuropatische en chronische pijn dan wel het actualiseren van reeds bestaande richtlijnen.

  2. Stimuleren van initiatieven voor vernieuwing van zorg voor patiënten met pijn.
  3. Functioneren als contactgroep voor uitwisseling van kennis en ervaringen tussen in
    pijn geïnteresseerde neurologen.
  4. Stimuleren van samenwerking met aangrenzende disciplines, zoals gespecialiseerde
    verpleegkundigen, andere paramedische beroepsgroepen en overige betrokken specialismen.
Ad 2: Onderzoek
  1. Bevorderen van samenwerking op het gebied van wetenschappelijk onderzoek.
  2. De mogelijkheid tot initiëren van wetenschappelijk onderzoek op het gebied van
    pijn.
  3. Fungeren als aanspreekpunt voor fondsen en andere subsidie verstrekkende
    instanties op het gebied van wetenschappelijk onderzoek naar pijn.
Ad 3: Onderwijs
  1. Organiseren en ondersteunen van (na)scholing voor algemene neurologen en neurologen in opleiding.
  2. Het aannemen van een actieve rol in de vorm van advisering en het bewaken van de kwaliteit van de opleiding voor gespecialiseerd verpleegkundigen op het gebied van pijn.

Ad 4: Externe relaties
  1. Het aangaan en onderhouden van contacten met diverse medische en niet-medische partijen en organisaties actief op het gebied van pijn, waaronder patiëntenverenigingen, zorgverzekeraars, en regulatie- en registratie-autoriteiten.
  2. Het zorg dragen voor publiciteit en voorlichting op het gebied van pijn volgens de geldende procedures binnen de NVN.
Structuur:
  1. Het bestuur van de werkgroep bestaat uit 3 leden, met in principe een representatieve vertegenwoordiging van academische en algemene ziekenhuizen. Voorzitter, penningmeester en secretaris wisselen elke 2-3 jaar, waarbij dezen voor hooguit 1 periode herkiesbaar zijn. Nieuwe bestuursleden worden voorgedragen aan de werkgroep waarbij gestreefd wordt naar een goede verdeling over Nederland.
  2. Neurologen en neurologen in opleiding kunnen lid worden van de werkgroep.
  3. Ook geïnteresseerde medisch specialisten uit andere disciplines kunnen lid worden, en
    hebben actief stemrecht.
  4. Het bestuur van de werkgroep zal altijd uit neurologen bestaan.
  5. De werkgroep draagt zorg voor een huishoudelijk reglement, waarin werkafspraken nader
    worden uitgewerkt
Werkwijze:
  1. Het bestuur zal 3 maal per jaar vergaderen.
  2. De algemene ledenvergadering zal geïntegreerd worden in 1 van de onder punt 1
    genoemde bijeenkomsten.
  3. Er zal een jaarverslag en begroting gemaakt worden welke op de algemene
    ledenvergadering besproken zullen worden.
  4. Verslagen van alle vergaderingen worden beschikbaar gesteld aan de
    werkgroepleden.